39. Tussen twijfel en trots

Deel I | 0 Reacties

Boekarest voelde op het eerste gezicht als een stad die zwaar op je schouders leunt. Veel beton, brede wegen, gebouwen die niet uitnodigen maar imponeren. Maar toen ik langer keek, viel het me op: deze stad doet zich niet anders voor. Ze is rauw, eerlijk, soms onhandig, maar wel echt. Achter die kille eerste indruk zat iets echts — oude gevels naast nieuw elan, jonge mensen met ideeën, kleine plekken waar licht door scheuren in de stad viel. Een boekwinkel waar ik langer bleef hangen. Een binnenplaats met muziek. Een koffiebar met een gevoel van thuis. Het was geen liefde op het eerste gezicht, maar iets dat bleef haken. Boekarest is geen stad die je omarmt. Ze laat je kiezen. Blijf je aan de oppervlakte, of kijk je verder?

Een paar dagen later kwam ik aan in Veliko Tarnovo, de oude hoofdstad van Bulgarije. Heel anders. Kleiner, zachter, rustiger. De stad klom tegen de heuvels op, als een schilderij met terracotta dakpannen, houten balkons, kronkelstraten en uitzicht op valleien. Er wapperden vlaggetjes in de straat. Alles bewoog langzaam. Daar bezocht ik een kerk op een heuveltop. De stilte daar voelde als een soort antwoord, ook al wist ik niet op welke vraag. Ik zat op een stenen muurtje, keek uit over de stad en besefte hoe ver ik eigenlijk al gekomen was. Niet alleen letterlijk — ook in mezelf.

En nu ik dit schrijf, denk ik terug aan die plekken. Terwijl ik aan het eind van dit boek werk, steekt er iets anders de kop op. Twijfel. Niet over de reizen. Maar over dit boek. Ik hoor een stem in mijn hoofd die zegt: ‘Wie denk je dat je bent? Wat als niemand dit wil lezen? Wat als dit niet goed genoeg is?’ En ergens voel ik me daar verdrietig over. Omdat ik weet dat die stem niet alleen vandaag klinkt. Die is er vaker. Bij elk nieuw begin. Bij elke stap buiten de lijn.

Ik betrap mezelf op gedachten als: ‘Je hebt je tijd verspild.’ ‘Waarom dacht je dat jij iets kon maken wat mensen zou raken?’ En het gekke is: ik weet rationeel dat dat niet waar is. Dat dit boek een proces is geweest van maandenlang schrijven, voelen, schaven, teruglezen, bijstellen, opnieuw beginnen. Dat ik mezelf hier heb ingezet, opengesteld, laten zien. Maar op sommige dagen wint die andere stem. Dan kijk ik naar alles en denk ik: ik laat het maar. Laat het liggen. Ik doe wel weer iets anders.

“Juist als de stem zegt dat je moet stoppen, is het tijd om te blijven.”

Maar ik weet inmiddels ook: juist dan moet je blijven. Juist dan moet je even blijven zitten op dat stenen muurtje op die heuvel. Niet om antwoorden te vinden, maar om niet te vluchten. Om te voelen wat er echt speelt. Om jezelf weer te horen, onder dat ruisende lawaai van onzekerheid.

Boekarest leerde me om niet te snel te oordelen. Veliko Tarnovo liet me toe aan rust. En dit boek? Dat leerde me dat alles wat je maakt — hoe onaf ook — een spiegel is. En spiegels zijn soms moeilijk om in te kijken. Maar ze laten wel iets zien wat echt is.

Dus ja, misschien wordt dit boek geen succes. Misschien verkoopt het niet. Misschien haalt het geen uitgeverij. Maar dat is niet waar het mij om gaat. Ik heb geschreven omdat ik iets wilde delen. Iets van mezelf. Voor wie het herkent. Voor wie het nodig heeft. Voor wie het anders nooit zou lezen.

En dat — precies dat — maakt het de moeite waard.

0 reacties

Een reactie versturen

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *