Ondanks de terugreis uit Londen, die niet bepaald vlekkeloos was verlopen, leek het me leuk om nog eens een dagje weg te gaan. Ik had de smaak weer te pakken. Inmiddels was ik al in Zürich, Bern en Genève geweest, en omdat ik Zwitserland een schitterend land vind, besloot ik deze keer naar Bazel te gaan.
Ik had me goed ingelezen: geen officiële coronatest nodig — gelukkig. Geen gedoe deze keer. Ik vloog naar EuroAirport Basel-Mulhouse-Freiburg, een van de weinige luchthavens die op het grondgebied van twee landen ligt: Frankrijk én Zwitserland.
Het bleek een perfecte dag te zijn. De zon scheen, de lucht was strakblauw en alles voelde licht. Vanaf het station liep ik richting het centrum van Bazel. In de verte hoorde ik vrolijke muziek. Hoe dichterbij ik kwam, hoe luider het werd. Alsof de stad me ergens naartoe riep — zonder dat ik wist wat.
In de verte zag ik kleuren. Groen, geel, rood, oranje. En mensen. Heel veel mensen. Nieuwsgierig liep ik op de menigte af. Langs de weg stonden rijen toeschouwers. Ik wurmde me ertussen en zag een fanfare voorbijtrekken. De muzikanten droegen kleurrijke maskers. Het zag er feestelijk uit. Ik bleef even staan en maakte wat video’s. Meteen posten op Instagram. Ik was zo gericht op mijn scherm dat ik de muziek nauwelijks meer hoorde.
“Ik was er wel, maar ik wás er niet.”
Even verderop op een plein kreeg ik een zakje met confetti in mijn hand gedrukt. Ik zag hoe mensen elkaar ermee bekogelden, kinderen renden lachend door de lucht vol gekleurd papier. Het plein lag bezaaid met confetti — het was een vrolijk gezicht. Wat een timing dat ik nou net deze dag had uitgekozen. Ik zocht op wat er aan de hand was, en kwam erachter dat het ‘Fasnacht’ was — het grootste carnaval van Zwitserland.
Ik maakte nóg meer foto’s, nóg meer filmpjes. Alles voor Instagram. En ergens besefte ik: ik was er wel, maar ik wás er niet. Bij elke reis voelde ik een soort druk. De drang om te laten zien dat ik weer op reis was. De likes en reacties deden me goed. Mensen vroegen niet meer wanneer ik weer op reis ging, maar wanneer ik weer eens in Nederland zou zijn.
Ik had een geweldige dag. De festiviteiten, het zonnetje, de wandeling door de stad — alles klopte. Maar op weg terug naar het station werd ik me ergens van bewust. Social media voelde als een verslaving. Niet alleen voor mij, maar ook voor velen om mij heen. En ik vond het zonde. Zonde om telkens uit het moment te stappen voor een paar seconden bevestiging. Ik wilde weer gewoon genieten van het reizen, van de vrijheid, van het nu. Zonder bewijsdrang.
Ik besloot er nog een nachtje over te slapen. Maar de volgende dag verwijderde ik mijn social media-apps: Instagram, Facebook, alles. Sindsdien voel ik meer rust. Ik reis lichter — zonder dat ik iets hoef vast te leggen. De mooiste momenten zijn niet de foto’s die ik deelde, maar de herinneringen die ik nu écht beleef.
“De mooiste momenten zijn niet de foto’s die ik deelde, maar de herinneringen die ik nu écht beleef.”
					
0 reacties