Met mijn toenmalige vriendin leek het ons leuk om eens oud en nieuw in een ander land te vieren. Het was tijdens corona – veel landen waren lastig – maar Denemarken ging er wat soepeler mee om. Twee dagen voor oudejaarsdag kwamen we aan in Kopenhagen. De stad heeft een schitterende, gekleurde haven en een rustige charme. De zeemeermin – waar ik zoveel over had gehoord – bleek een stukje lopen, en tot mijn grote verbazing was ze eigenlijk best klein.
Op oudejaarsdag zijn we heerlijk uit eten geweest. Een mondkapje was in de stad niet nodig, daar was het land gelukkig soepel in. Na een driegangenmenu en een paar wijntjes besloten we de stad in te lopen. Het was rond een uur of tien en we kochten twee flessen champagne om die op straat op te drinken. Samen zaten we op een bankje bij de haven. Tussen de gekleurde gevels en de dobberende boten telden we af — plop — de kurk schoot de lucht in, precies zoals dat hoort op een avond als deze. Tussen de gekleurde gebouwen en de boten werd er boven het water alvast vuurwerk afgestoken. Het was een prachtig gezicht.
Later op de avond liepen we naar het plein waar elk jaar het nationale aftelmoment op televisie wordt uitgezonden. Maar door corona was er dit jaar geen cameraploeg. Geen officieel aftelmoment. Toch stond het hele plein vol met mensen. En dus telden we zelf af. In het Deens. ‘Tre… to… en… Gelukkig nieuwjaar!’ Iedereen wenste elkaar het beste toe, en vuurwerk knalde in het rond.
“Het leven laat zich ook niet regisseren. Soms moet je er gewoon middenin gaan staan, zonder te weten waar het eindigt.”
Het vuurwerk schoot alle kanten op. Het was allesbehalve geregisseerd, eerder een soort georganiseerde chaos. Maar juist daarin zat iets moois: het leven laat zich ook niet regisseren. Soms moet je er gewoon middenin gaan staan, zonder te weten waar het eindigt. Oud en nieuw in een ander land smaakte naar meer.
Ik ben eigenlijk niet zo van oud en nieuw vieren. Natuurlijk, het is gezellig — een nieuwe plek, champagne, vuurwerk. Maar ik heb nooit echt iets gehad met het idee van één symbolisch moment waarop ineens alles anders moet. De meeste mensen grijpen nieuwjaarsdag aan voor hun goede voornemens, maar tegen februari of maart is daar vaak weinig meer van over. Ik geloof daar niet zo in.
Als je iets wilt, moet je het nú doen. Niet straks, niet ‘als het uitkomt’, niet ‘als de timing beter is’. Want er komt een dag dat morgen niet meer komt. En dat is geen doemdenken — het is precies wat me wakker houdt, wat me drijft. Niet wachten tot het perfecte moment, maar leven in het enige moment dat we echt hebben. Niet straks. Maar nu.
Oud en nieuw in een ander land smaakte naar meer — niet om het jaar te markeren, maar om het leven te vieren.
					
0 reacties