In het vorige deel Reisverhalen van binnenuit – Niet de bestemming, maar wie je onderweg wordt, nam ik je mee langs vijftig landen en minstens evenveel lessen. Ik schreef over verdwalen en vinden, over mooie momenten en kwetsbare gedachten. Over het besef dat de wereld groter is dan mijn blik – en dat ik met elke reis een stukje dichter bij mezelf kwam. Kom ik ooit helemaal tot mezelf? Ik denk het niet. Maar ik blijf het proberen.
“Reizen bleek voor mij geen ontsnapping, maar een spiegel.”
Reizen bleek voor mij geen ontsnapping, maar een spiegel. Geen checklist van plekken, maar een routekaart naar persoonlijke groei. Ik leerde om alleen te zijn zonder me eenzaam te voelen. Om te vertrouwen op mijn intuïtie, zelfs als die tegen de logica inging. Elke stad liet een spoor na. Elke grensovergang schoof iets in mij op.
Met vijftig landen achter de rug was ik er nog lang niet. De échte reis begon pas daarna. Dit tweede boek pikt de draad op waar het vorige eindigde. Ik reis verder – maar vooral: ik leef dieper. Want wie denkt dat je na vijftig landen ‘klaar’ bent, onderschat hoeveel lagen er onder de oppervlakte nog wachten om ontdekt te worden.
In dit deel neem ik je mee naar plekken die me opnieuw verrasten, confronteerden of iets in mij wakker maakten. Van de wolkenkrabbers van New York tot oud en nieuw in Noorwegen. En ik stel mezelf de vraag: is er ergens een plek om te blijven? Is het mijn eindpunt, of juist een nieuw begin?
Ik neem je mee in die zoektocht. Misschien wordt het wel een ander land. Het is altijd een droom geweest om ooit te emigreren. In het begin dacht ik aan een Scandinavisch land – rust, ruimte, natuur. Maar ik weet van mezelf: ik ben gevoelig voor weinig zon. Het maakt me somber. Een land in Zuid-Europa dan? Misschien. Maar als ik straks alle landen van Europa heb gezien, lonkt ook de rest van de wereld. Misschien wil ik daarna wel alle landen van een ander continent ontdekken.
Welkom terug. Of beter gezegd: welkom dieper.
					
0 reacties